32

 

 

 

 

Toen Jimmy Perez de volgende dag op het bureau aankwam, zag hij dat de meeste mannen uit Inverness waren vertrokken maar dat Taylor er nog was. Perez hoorde hem al toen hij de trap op kwam lopen. Taylor had een van de bureaus van de teamkamer geannexeerd en zat eraan, met zijn stoel half achterovergekanteld, zijn voeten op het bureau, hard in de telefoon te praten. De teamkamer maakte een verlaten indruk, zoals de veerboot nadat de passagiers van boord zijn gegaan. Er lag rommel op de vloer en op de bureaus stonden gebruikte piepschuimen koffiebekertjes. Het was halverwege de ochtend en buiten probeerde de zon door het wolkendek te dringen. Op het dak van het huis tegenover het bureau zaten twee meeuwen naar elkaar te krijsen. Perez bleef bij het raam staan wachten totdat Taylor de hoorn neerlegde.

‘Ze willen me van de zaak halen en dat ik terugkom naar Inverness. Dat kan ik niet doen. Ik ben er nog niet van overtuigd dat Tait Catherine heeft vermoord, en helemaal niet dat we hem daarvoor veroordeeld kunnen krijgen. We hebben geen enkel forensisch bewijs dat hem met haar in verband brengt. Ze zijn niet eens op dezelfde manier vermoord.’

‘Er is wel indirect bewijs. De twee meisjes zijn min of meer op dezelfde plek vermoord.’

‘Ik heb ze gezegd dat ik hier blijf. Als ze aandringen neem ik desnoods een paar dagen vrij.’ Hij keek op en grijnsde. ‘Ik heb hier altijd al eens Up Helly Aa willen meemaken.’

‘Dat is een toeristenshow,’ zei Perez. ‘Een excuus om dronken te worden.’

‘Een excuus om nog niet naar het zuiden terug te gaan.’

Opnieuw vroeg Perez zich af of Taylor wel iemand had die thuis op hem wachtte. Misschien zou hij na een paar biertjes de moed hebben om het aan hem te vragen. ‘Er is iets anders wat je moet weten...’ Hij gaf hem een samenvatting van zijn gesprek met Euan, over de verdwenen film, maar hij merkte al meteen dat Taylor sceptisch was. ‘Het zou een motief kunnen zijn,’ zei Perez, en hij vroeg zich af waarom dit hem zo dwarszat. ‘Misschien heeft het meisje iets gefilmd wat ze niet had mogen zien.’

‘Is die man er zeker van dat de film weg is?’ Taylor kantelde zijn stoel naar voren totdat die weer met vier poten op de grond stond. ‘Ik bedoel dat hij flink van streek moet zijn. Je kunt in zo’n toestand gemakkelijk iets over het hoofd zien.’

Perez haalde zijn schouders op. ‘Hij leek heel zeker van zijn zaak. De camcorder is ook weg. Magnus vertelde dat Catherine een foto van hem had gemaakt op de dag voordat ze werd gevonden. Misschien heeft hij het met haar over Catriona gehad. Het zou de moeite waard kunnen zijn als we haar computer naar de experts in het zuiden stuurden. Om te zien of we de gewiste bestanden op de een of andere manier kunnen terughalen.’

Er viel een stilte en toen keek Taylor ineens op van zijn bureau. ‘Wat denk jij? Denk jij dat Tait hen allebei heeft vermoord?’

Perez wilde zeggen dat het niet uitmaakte wat hij dacht. Het enige wat uitmaakte, was dat ze hun veroordeling kregen. Maar Taylor zat hem nog steeds aan te kijken. ‘Dat weet ik niet,’ zei Perez ten slotte. ‘Dat weet ik echt niet.’ Hij zag dat Taylor niet blij was met dat antwoord, zocht naar de juiste woorden en vervolgde: ‘Ik denk dat ik Catherine nu beter begrijp. Nu ik met haar vader heb gesproken. Ze was eenzaam. Ze zag het leven als een film. Dat was voor haar de manier om hier te overleven. Daar schepte ze genoegen in, daar kreeg ze een kick van.’

‘Een vrouwelijke voyeur?’

‘Een waarnemer, een commentator.’ Perez wachtte even en dacht aan wat Duncan hem had verteld. ‘Een regisseur.’

‘Bepaalt een regisseur niet wat er gebeurt? Dat is veel meer dan een waarnemer, lijkt me.’

‘Misschien probeerde ze dat, te bepalen wat er moest gebeuren. Misschien is ze daarom wel vermoord.’

Celia Isbister woonde in het huis dat haar man Michael had gebouwd toen hij meer geld begon te verdienen. Het stond aan de rand van Lerwick en bood zowel uitzicht op de stad als op zee. In de tijd dat ze met elkaar trouwden, werd er gezegd dat Michael een geluksvogel was. Want hij trouwde met iemand van een rijke familie. Dat air van geld droeg ze zeker met zich mee. Ze was vroeger naar een dure particuliere school in het zuiden gestuurd. De familie had een groot huis op Unst. Maar de school was betaald door een rijke tante en toen haar ouders overleden, ging het grote huis naar haar oudere broer. Verder bleven er alleen schulden over.

Als Michael teleurgesteld was geweest door het gebrek aan geld van zijn nieuwe echtgenote, had hij daar nooit iets van laten merken. Hij was altijd verbaasd gebleven dat ze hem haar jawoord had gegeven en had zich tot doel gesteld een waardig echtgenoot voor haar te zijn. Hij zette een transport- en vervoersbedrijf op. Toen de olie kwam, waren het zíjn vrachtwagens die het cement, de pijpleidingen en het bier naar de haven van Sullom Voe brachten, en het waren zíjn taxi’s die de zakenmensen van Sumburgh Airport haalden. Als hij wist dat Celia een verhouding met Duncan had – en hij moest dat wel weten – had hij haar er nooit voor ter verantwoording geroepen. Bij officiële plichtplegingen had ze altijd aan zijn zijde gestaan. Wanneer hij haar voorstelde aan de gasten, de ministers en hoge ambtenaren die af en toe uit Londen en Edinburgh overkwamen, gloeide hij van trots.

Celia had het ontwerp en de bouw van het huis aan Michael overgelaten. Misschien wel uit een soort schuldgevoel. Het kon in elk geval niet haar smaak zijn. Het was een bungalow in ranchstijl met een grote, open lounge. Alleen de gouden kranen in de badkamers had ze er doorgedrukt. Jimmy Perez vroeg zich weer af hoe Robert het huwelijk van zijn ouders beleefde. Hij bewoog zich in de wereld van beiden. Hij was de jongste man in het Up Helly Aa-comité en ging naar de feestjes in de Haa. Hij moest weten dat Celia’s verhouding met Duncan een publiek geheim was. Op Shetland verspreidde informatie over het leven van andere mensen zich als bijna vanzelfsprekend, alsof die werd uitgewasemd. Al zo lang Perez zich kon herinneren, verwachtten de mensen dat Celia bij Michael weg zou gaan en bij Duncan Hunter in de Haa zou gaan wonen. Maar ze woonde nog steeds in de bungalow met haar man en met Robert. Terwijl Perez erover nadacht, besefte hij dat het een stompzinnig idee was om te denken dat Catherine was vermoord omdat ze iets had gezien wat geheim moest blijven. Want op Shetland was er zo weinig geheim. Het werd alleen niet toegegeven. Er zat iets victoriaans in deze behoefte om er een mooie show van te maken.

Perez had Celia vooraf gebeld om te vragen of ze thuis was. Ze had gezegd dat ze er de hele dag zou zijn. Ze had niet gevraagd wat hij van haar wilde. Misschien ging ze ervan uit dat hij haar over Duncan wilde spreken.

Celia was alleen in de bungalow.

‘Is Michael er niet?’ vroeg Perez. Hij had ook graag met Michael willen praten.

Celia schudde haar hoofd. ‘Hij zit in Brussel. Een of andere conferentie over afgelegen Europese woongemeenschappen. En daarna een congres in Barcelona, over uitstervende dialecten. Hij is op de derde vertrokken en komt pas vlak voor Up Helly Aa weer terug.’

Ze ging Perez voor naar de keuken en begon koffie te zetten zonder te vragen of hij er wel trek in had. Ze zag wat bleek en maakte een afwezige indruk, vond Perez. Ze was een aantrekkelijke vrouw van tegen de vijftig, met mooie jukbeenderen en een gulle mond. Hij kon best begrijpen waarom Duncan zich tot haar aangetrokken voelde en betrapte zichzelf erop dat hij naar haar keek toen ze zich strekte om twee mokken van de plank te pakken.

‘Ik neem aan dat dit geen gezelligheidsbezoekje is,’ zei ze.

Natuurlijk is het dat niet, dacht Perez. Ik heb nooit echt met je gepraat, ook niet toen ik nog bevriend was met Duncan. Jij was het geheim waar iedereen van wist maar dat niemand wilde toegeven.

‘Maar het kan ook niet over dat vermoorde meisje gaan. Dat is nu toch allemaal voorbij, nietwaar?’

‘Er zijn nog een paar losse eindjes die ik aan elkaar wil knopen. Is Robert thuis?’

Ze keek hem met een onderzoekende blik aan en schudde toen haar hoofd. ‘Hij is uitgevaren met de Wandering Spirit, voor een lange trip tot voorbij Fær Øer. Ik weet niet precies wanneer hij terugkomt.’

Gaf ze hem te veel informatie? ‘Hij kende Catherine Ross, is het niet?’

Celia bukte zich om melk uit de koelkast te pakken. ‘Hij heeft het nooit over haar gehad.’

‘Hij was met haar op de avond voordat ze is vermoord. Op het feestje van Duncan.’

‘O, ja? Dat is me niet opgevallen. Ik had toen andere dingen aan mijn hoofd.’

‘Heeft Robert op dit moment een vriendin?’

Ze lachte even. ‘Robert heeft altijd een vriendin. Minstens één. Hij kan niet tegen alleen zijn. En hij ziet er goed uit.’

‘Met wie gaat hij op dit moment om?’

‘Hoe moet ik dat weten? Hij neemt zijn vriendinnen nooit mee naar huis.’

Perez trok een stoel achteruit van de keukentafel en ging zitten. ‘Wat had Duncan die avond gedaan waardoor je zo van streek was?’

Ze schrok van die vraag. Ze vond die niet van goede manieren getuigen. Maar ze wilde hem toch beantwoorden. Misschien voelde ze de behoefte om het uit te leggen. Wilde ze dat hij het begreep.

‘Het was niet één specifiek ding waardoor ik van streek was. Ik besefte dat als ik toen niet wegging, ik waarschijnlijk nooit meer weg zou gaan. Op deze leeftijd kan het nog wel. Onze relatie, bedoel ik. Dat ik ouder ben dan hij. Maar straks, als ik zestig ben? Dan zou die bespottelijk zijn. En bespottelijk zijn is iets wat ik niet kan verdragen.’ Ze bleef even zwijgen en vervolgde toen: ‘Ik ben al eerder bij hem weggegaan, maar ik ben ook steeds weer teruggekomen. Het lijkt wel of ik verslaafd aan hem ben. Zo moet het voor alcoholisten zijn als ze willen stoppen met drinken. Je denkt dat je jezelf in de hand hebt en dat één glas geen kwaad kan, en het volgende moment ben je weer verslaafd. Deze keer moest het voor altijd zijn.’ Ze lachte kort. ‘Sorry dat ik zo theatraal overkom. Ik heb hem net aan de telefoon gehad. De derde keer vandaag. Het valt niet mee er niet aan toe te geven.’

‘Hij vindt het heel erg.’

‘Hij komt er wel overheen. Hij komt wel weer een knap, jong ding tegen dat hem kan troosten.’

Ze draaide haar hoofd om zodat Perez niet wist of ze wilde dat hij op die laatste opmerking reageerde. Ze schonk twee mokken koffie in en keek hem toen weer aan. ‘Ik zou van Shetland kunnen weggaan,’ zei ze, ‘maar ook dat zou ik niet kunnen verdragen, denk ik. Het zou niet eerlijk tegenover Michael zijn. En ík zou er aan onderdoor gaan.’ Perez proefde van zijn koffie en wachtte. Uiteindelijk vervolgde ze: ‘Ik ben te jong getrouwd. Ik dacht dat ik van Michael hield. Mijn ouders vonden hem ongeschikt, wat hem in mijn ogen alleen maar begerenswaardiger maakte. Michael is een heel vriendelijk mens, en in onze familie kwam niet veel vriendelijkheid voor. Uiteindelijk bleek het niet genoeg te zijn, vriendelijkheid, maar het was míjn schuld. Ik zal ermee moeten leven.’

Perez zei niets.

‘Ik zou de beslissing om met Duncan te breken nooit hebben genomen als dat meisje er niet was geweest,’ zei ze opeens.

‘Dat meisje?’ vroeg Perez, hoewel hij precies wist over wie ze het had.

‘Dat vermoorde meisje. Catherine.’

‘Wat kan die nu gezegd hebben waardoor jij bij Duncan weg wilde gaan?’

‘Ze heeft niets gezegd. Maar ik zag mezelf opeens door haar ogen. Een oudere vrouw die haar leven op de kop zet voor een jongere man die haar aandacht als vanzelfsprekend ervaart. Een stommeling.’

‘Hoe heeft ze dát voor elkaar gekregen?’ De vraag kwam voort uit beleefde interesse. Hij wekte de indruk dat het gesprek hem boeide. Meer niet.

‘Ze was ons aan het filmen. Dat gebeurde heel discreet. Ze probeerde niet te verdoezelen dát ze het aan het doen was, maar na een tijdje lette niemand er nog op. Je kent die realityprogramma’s op televisie wel. Je ziet mensen die zichzelf compleet voor gek zetten en je denkt: waar zijn ze in godsnaam mee bezig? Ze moeten toch weten dat de camera loopt? Maar nu begrijp ik hoe dat werkt.’

‘Duncan had het over een camcorder.’

‘O, ja? Nou, hij komt er uitgebreid in voor, in die film. Hij heeft zichzelf goed voor gek gezet. Misschien was hij na een tijdje ook vergeten dat ze aan het filmen was. Of hij was inmiddels zo dronken dat het hem niet meer kon schelen. Ik ben me al die tijd bewust gebleven dat ze aan het filmen was, want ik bleef me afvragen hoe ik er op die film uit zou zien. Bespottelijk. Maar ten slotte kon ik het niet meer verdragen. Ik heb tegen Duncan gezegd dat het tussen ons afgelopen was en ben naar buiten gelopen.’

‘Was dat de enige reden?’ Perez’ stem klonk behoedzaam, bijna verontschuldigend. ‘Ik dacht dat je een sms’je ontving.’

‘Is dat zo?’ Ze probeerde tijd te winnen.

‘Volgens Duncan. Hij zei dat je een sms’je op je telefoon ontving, dat las en meteen daarna bent vertrokken.’

‘Sorry, maar dat kan ik me niet herinneren.’

‘Wie heeft Catherine nog meer gefilmd?’

‘Ze filmde het feest. Iedereen die er was.’

‘Robert ook?’

Celia fronste haar wenkbrauwen. ‘Ik neem aan van wel. Tezamen met alle anderen.’

‘Ze zijn een tijdje weg geweest. Robert en Catherine.’

Ze zette haar mok neer. ‘Wie heeft dat gezegd?’

‘Maakt dat iets uit?’ Ze bleef hem aankijken en ten slotte gaf Perez toe. ‘Duncan. Hij zei dat ze samen weggingen. En toen ze terugkwam, zag ze er verhit en opgewonden uit. Robert is niet teruggekomen. Vlak daarna krijg jij dat sms’je en ben je weggegaan.’

‘Nou,’ zei ze, ‘misschien probeert Duncan je op de kast te jagen. Je moet niet alles geloven wat hij zegt. Hij kan Robert niet uitstaan, heeft dat nooit gekund.’

‘Waarom niet?’

‘Wie weet wat er in Duncans hoofd omgaat? Toen Robert jonger was, vond Duncan hem een lastpak omdat hij mijn aandacht opeiste en ik hem op de eerste plaats zette. Dat vond Duncan niet leuk. Het zal mij benieuwen hoe hij met Cassie omgaat als ze oud genoeg is om eisen aan hem te stellen. Nu aanbidt hij haar, maar dat doet hij alleen omdat ze hem niets in de weg legt.’

‘En nu Robert ouder en zelfstandiger is?’

Celia glimlachte even naar hem. ‘Nu herinnert Robert hem aan het leeftijdsverschil dat er tussen ons is. Wat leeftijd betreft zit hij dichter in de buurt van Robert dan van mij.’

‘Is er misschien nog een andere reden voor zijn afkeer van Robert?’

Op dat moment besefte Perez dat hij te ver was gegaan. Ze stond op en haar boosheid was groot en indrukwekkend. ‘Wat is de bedoeling van al dit wroeten, Jimmy? Ik heb altijd al gedacht dat het een onaangename manier was om je brood te verdienen, om je boven je vrienden te stellen en een oordeel over hen te vellen. Ben je nog steeds jaloers op Duncan? Gaat het dáárover?’

Perez wist niet wat hij daarop moest zeggen. Hij voelde zich verlegen en ongemakkelijk, het jongetje van Fair Isle dat in het pension van Anderson High woonde en het moest opnemen tegen de jetset van Lerwick.

Ze verloste hem uit zijn lijden. ‘Je kunt nu beter gaan,’ zei ze met een kort wuivend handgebaar. ‘Ik beantwoord geen vragen meer zonder een advocaat.’

Toen Perez naar zijn auto liep, voelde hij dat ze hem nakeek.

 

Ravenzwart
titlepage.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_000.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_001.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_002.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_003.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_004.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_005.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_006.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_007.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_008.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_009.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_010.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_011.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_012.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_013.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_014.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_015.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_016.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_017.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_018.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_019.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_020.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_021.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_022.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_023.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_024.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_025.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_026.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_027.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_028.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_029.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_030.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_031.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_032.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_033.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_034.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_035.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_036.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_037.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_038.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_039.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_040.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_041.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_042.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_043.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_044.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_045.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_046.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_047.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_048.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_049.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_050.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_051.xhtml
awb - ravenzwart-ebook_split_052.xhtml